De Havenloods – Opstelten

De havenloods Noord – 26 november 2008 – Ruud Knispel 

Opstelten is ouderwets goed: Trea van Vliet beschrijft tien jaar Opstelten

ROTTERDAM – Hoe reageert burgemeester Opstelten als in 1999 de kampioensrellen uitbreken, de halve binnenstad wordt geplunderd en de politie zelfs schiet op supporters? Wat vindt zijn huishoudster eigenlijk van haar werkgever? Trea van Vliet sprak acht maanden lang met de mensen rond Ivo Opstelten en legde haar bevindingen vast in een 250 pagina’s tellend boek. Opstelten! “Als je echt wilt zien, horen, ruiken en proeven hoe het is om burgemeester van Rotterdam te zijn moet je het boek lezen, dan maak je dat op allerlei onverwachte manieren mee.”

“Of hij troep maakt? Nee! Maar hij ziet ook geen troep. En als hij zijn schoenen poetst zit de smeer door het hele huis”, laat huishoudster Mia in het boek optekenen. In het hoofdstukje over de kampioensrellen beschrijft Van Vliet wat er in het stadhuis gebeurt als op de Coolsingel de hel uitbreekt. “Ik beschrijf hoe Ivo onverstoorbaar blijft en de leiding neemt”, vertelt van Vliet die er met Opsteltens naaste adviseur over sprak. De auteur begon aan de klus omdat ze “eens iets langer met ‘iets’ bezig zijn. En ik ben geïnteresseerd in dingen beschrijven die in de stad gebeuren, maar wel op een menselijke manier. Toen ging Opstelten weg en dacht ik ja, daar ga ik een boek over schrijven.” Van Vliet sprak met zo’n honderd mensen die veel met Opstelten te maken hebben gehad: “Het ene moment ben je aan de praat met Job Cohen in Amsterdam, dan zit je in de pauzekamer van de chauffeurs en dan ben je weer op de koffie met een wetenschapper…Anton Zijderveld”, zegt Van Vliet desgevraagd, “een socioloog met wie Opstelten een paar keer per jaar een gesprek heeft.” In het boek passeert “iets alledaags als het afvallen van hem” de revue tot de moord op Fortuyn. Van Vliet: “Er staan lange verhalen in, korte, hele serieuze en luchtige verhalen. Ik wilde per se dat het niet saai en formeel zou worden.” Wezenlijk onderdeel van het boek zijn de vele foto’s; van professionele fotografen als Carel van Hees, Ari Versluis en Ellie Uittenbroek, Maarten Laupman, Hans Reitzema, Arie Kievit en anderen, maar ook privé-foto’s van de familie Opstelten. Wat dat betreft had Trea veel aan Opsteltens vrouw Mariette. “Ik heb haar in het begin gevraagd of ze mijn bondgenote wilde zijn. Ook had ik ‘mollen’ in het stadhuis”, zegt Van Vliet quasi samenzweerderig. “Een bode die alles van hem wist en anders wel kon vertellen bij wie ik dan moest zijn…” Hoewel Van Vliet geen oordeel heeft willen vellen over Ivo Opstelten – “Ik hem zelf ook nooit gesproken” – is ze positief over de scheidend burgervader. “Uit alles spreekt dat hij zijn ziel en zaligheid geeft aan de publieke zaak. Hij is echt ouderwets goed. Hij maakt dagen van zeven tot elf uur. En dat allemaal voor de stad Rotterdam.” Van Vliet spreekt er met bewondering over dat Opstelten daarbij nooit het menselijke aspect uit het oog verloor, zoals bij de moord op Fortuyn. Op de dag dat de herdenkingsdienst in de kathedraal aan de Mathenesserlaan werd gehouden, werd ook zijn kamerbewaarster begraven. “Ik móét naar Miep”, heeft Opstelten toen gezegd. Jullie móéten ervoor zorgen dat de herdenkingsdienst voor Fortuyn verzet wordt”, zegt Van Vliet. “Dat hij in zo’n week waar het er echt op aankomt, toch oog heeft voor het menselijke aspect, dat siert hem.” Maar ook het hoofdstukje over Opsteltens minpuntjes is volgens de schrijfster meer dan de moeite waard. “Daarin laat ik mensen uit de school klappen…”

Andere berichten

Je winkelwagen is momenteel leeg.

Terug naar winkel